Doorgaan naar hoofdcontent

Smetvrees


Dit is een verhaal voor mannen (en jongens). Dus mochten er vrouwelijke lezers zijn, dan wil ik ze vriendelijk doch dringend vragen iets anders te gaan doen. Voor jullie eigen bestwil. Ga maar een romantische komedie kijken of een film om lekker bij te janken.


Dus…



Zijn jullie daar nou nog? Dacht ik wel. Beter van niet hoor….



Goed, dan moeten ze het zelf maar weten. 



Ok, mannenbroeders, laat ik even een testje met jullie doen. Wie zou, als hij het voor het zeggen heeft, minimaal één maal per week spontaan het bed verschonen? Eén maal per maand kan toch ook wel? Net zo lang stinken tussen de vette lappen totdat er een vale vlek op het laken verschijnt gelijk een verloren gewaande lijkwade uit een vergeten nederzetting. 


Andere vraag. Wie van jullie maakt uit zichzelf de badkamer schoon, inclusief de ‘vergeten hoekjes’, de binnenkant van het vuilnisbakje en onder de potrand? Alleen als bij het opstaan de wc bril aan je billen blijft plakken toch? De remsporen kun je gemakkelijk in staande positie wegplassen en van die paar gele spetters op de bril is nog nooit iemand dood gegaan. Een goede vriend van mij zegt altijd dat het ligbad pas schoongemaakt hoeft te worden als je kunt zien hoe hoog het water heeft gestaan.


Nog één. Vind jij het moeilijk om een openbare trapleuning, deur of deurklink vast te pakken, zonder daarna linea rectaal naar een wastafel te lopen en je handen te wassen? Als beleefde man houd je vanzelfsprekend altijd de deur open voor het elegantere deel van de bevolking. Bien sûr! Een liftknopje, autoportier, treindeur, staanplaats paal, touch screen, pinautomaat, leuning, condoomautomaat, sigarettenautomaat (bestaan die nog?), speelautomaat, Febo of snackbar is natuurlijk ook geen probleem voor ons. Maar voor een spontaan bezoek aan een openbaar Frans hurktoilet bij één van de Aires langs de Péage naar Zuid Frankrijk moet de nood wel érg hoog zijn. Zelfs voor een niet zo kieskeurige vakantieganger met soortgelijke hurkervaring in Noord-India. Merde!


Het zal met mijn nonchalante opvoeding te maken hebben dat ik op dat vlak nooit zo kieskeurig ben geweest. Als er al tandenborstels waren, dan waren ze nog niet persoonlijk en de haren zo versleten dat ze vooral de binnenkant van je wang schoonmaakten. Mijn lieve moeder was heel sociaal, maar nam het huishouden niet al te serieus. Schoonmaken ging thuis met de Franse slag en als het warme water uit de boiler op was dan deelden we noodgedwongen het lauwe gebruikte badwater op de verder gezellige zaterdagavond. Kleding werd gewoon net zo lang gedragen tot het smerig was en indien nodig hersteld met leren stukken op de knie of elleboog. Mijn vader (die de oorlog nog had meegemaakt) “waste” op latere leeftijd zijn eigen lange onderbroeken met zijn voeten tijdens het douchen. Ik zal jullie de staat van de wcborstel, de koelkast en het licht naar braaksel ruikende aanrechtdoekje besparen. Bij het ontruimen van hun laatste woning troffen we in het ouderlijk bed het originele matras aan waar hoogstwaarschijnlijk mijn twee zussen en ik nog op verwekt en geboren zijn.


...


Wat? Dames, zijn jullie daar nou nog?! Had ik al verteld dat een gemiddelde handtas meer bacteriën bevat dan de toiletbril van een openbaar toilet in een onbewaakt tankstation? Goed, ga maar gelijk een nieuwe kopen dan. Doei!


...


Ik las laatst een artikel in een serieuze krant dat arbeiders in de vorige eeuw nog dringend werd geadviseerd om toch tenminste één maal per week schoon ondergoed aan te trekken. En dat je tandenborstels niet alleen moet gebruiken maar ook vervangen. Volwassenen en kinderen sliepen vroeger vaak door elkaar, veelal naakt en vaak met onbekenden. Van een eigen kamer was geen sprake en van schone lakens al helemaal niet. Het is nog maar enkele eeuwen geleden dat mensen en plein publiek hun behoefte deden en daarna met hun handen gingen eten. Zo te lezen viel het bij ons thuis dus nog wel mee en is er dus vooral een hygiënische revolutie gaande.


Maar waar zal die revolutie eindigen? Ik heb een engelse collega die, voordat Covid-19 het leven zag, al permanent een doos ontsmettingsdoekjes op haar bureau had staan, alsmede een flacon handcrème, een doos tissues, een badge van FC Chelsea (maar dat doet er verder niet toe) een pot met vitaminepillen en alleen haar eigen toetsenbord en muis gebruikte. Overdreven smetvrees? Of toch verstandig. Ik ken ze die toiletpapier op de bril draperen voordat ze er op gaan zitten, die elk verdacht lichaamsluchtje in de kiem smoren met deodorant of au de cologne en een navulbaar toiletblok niet durven na te vullen. Ik ken mensen die subiet alles weggooien wat over de datum is (het is 'TENMINSTE houdbaar tot', dames en heren), die bij elk plasje minimaal drie (!) velletjes wc papier gebruiken en net zo lang in bad kunnen blijven liggen weken totdat de vellen er bij hangen. Dat verklaart denk ik ook het grote succes van de wellness en beauty branche. Onder het mom van gezondheid, ongegeneerd luieren met vriendinnen en je ondertussen hyper schoon en smetvrij laten verwennen door een pedicure of masseur. Onder het genot van een welverdiend hapje en drankje desnoods. Nu maar hopen dat de filters voor het badwater op tijd zijn vervangen. Zo’n warm en zuurstofrijk bubbelbad is immers een prima habitat voor allerlei schimmels en bacteriën. Of dat had ik misschien beter niet kunnen zeggen. Een sauna hygiënisch? Me reet!


Het is heden ten dage voorzichtigheid geboden en zelfs het vastpakken van een winkelwagentje is al risicovol. Corona rules. Hebben ze (die vrouwen weer) dan toch gelijk gekregen? Ja natuurlijk, want vrouwen hebben altijd gelijk. O nee, die zijn al eerder afgehaakt! Want ze zijn verder ook helemaal niet nieuwsgierig.




Reacties

  1. Ja Emiel. Zo is het. Ik word me bewust van de behoefte aan lekkere bezoedeling van huis en haard. Het is me een fikse ruzie waard. En anders gaat ze maar op de steppen wonen!

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Kroniek van de familie Janmaat Vinkeveen

‘Hoeveel kinderen?!’ ‘Ja, zeventien...’ Enigszins beschaamd mompel ik het aantal nakomelingen wat mijn grootouders van vaders kant hadden geproduceerd. Mijn schoonvader kwam ook al uit zo’n groot gezin - daar hadden ze er veertien - wat al behoorlijk indruk maakte. Maar ik wist mijn schoonfamilie dus te overtroeven met een nog groter aantal. Dit was vooral het gevolg van een tijd waarbij meneer pastoor nog de gezinssamenstelling bepaalde (ongeacht inkomen en carrièreplannen van dat gezin) wat uiteindelijk een tsunami van nieuwe zieltjes ging opleveren. Met het vooruitzicht van een goed gevulde kerk en collecteschaal was de toekomst van de Rooms Katholieke kerk verzekerd en had de herder zijn missie naar tevredenheid volbracht. De schaapjes waren op het droge. Drama Nu kan het ook zijn dat een groot gezin belangrijk werd geacht voor de continuïteit. Veel van mijn voorvaderen Janmaat hadden een agrarisch bedrijf en daar waren alle werkhanden welkom. Was het niet bij het melken en hooien,...

Levend water

"Levend water". De naam van onze familieboot. Een naam met een religieuze betekenis, ingegeven door de voormalige werkgever van mijn vader: pastoor Gijs van der Voort te Vinkeveen. Een pastoor die, zoals vele Vinkeveners zich wellicht nog kunnen herinneren, liturgisch zeer gedreven was maar communicatief volstrekt onbekwaam. Dit resulteerde vaak in een eindeloos lange preek op een dusdanige monotone toon, dat menig kerkbezoeker met moeite wakker kon blijven op de toch al slaperige zondagochtend. En de natuurlijke galm van de oversized R.K. kerk hielp daar ook al niet bij, ondanks de goedbedoelde Philips geluidsversterking. Het was vooral een kwestie van uitzitten. Jezus zei: “Indien iemand dorst heeft, hij kome tot Mij en drinke. Wie in Mij gelooft, gelijk de Schrift zegt, stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien.” (Johannes 7:37,38) De achterliggende boodschap: water geeft leven en doet opbloeien, dit heeft iedereen nodig. Mooi bedacht, maar wij waren a...

Signalen

Zoals je wellicht weet was mijn vader Toon lange tijd koster van de grote, niet te vermijden Rooms Katholieke kerk van Vinkeveen. In zijn hart was hij nog steeds graficus, maar de stress op de drukkerij noopte hem in de jaren zestig van de vorige eeuw tot het maken van een carrièreswitch. Een achteraf verstandige keuze, want zo was hij verlost van veeleisende oplages en deadlines. Beter voor zijn hart. Tegelijkertijd had niet alleen zijn carrière een rigoureuze wending genomen, maar ook zijn levenswijze. Van hardwerkende loonslaaf naar levensgenieter met voldoende ruimte voor ontspanning en expressie. Zijn gedachtengoed bevond zich voornamelijk aan de linkerkant van het politieke spectrum met alle bijbehorende kenmerken. Een oranje Citroen Deux Chevaux bestelauto, gecamoufleerd tussen de prettig verwaarloosde voortuin van de ambtswoning aan de Kerklaan. Een al even weelderige moestuin met onbespoten groenten en fruit op roeiafstand, diverse fietsen en saxofoons, jazzmuziek, ribfluwelen...