Doorgaan naar hoofdcontent

Beugelbekkie


“Wie mooi wil zijn moet pijn lijden”. Een veelgehoorde, goedbedoelde, maar daardoor niet minder overbodige opmerking. Vooral als het laatste deel van deze opmerking het eerste deel overschaduwt. Wat nou mooi, ik wil van de pijn af! En snel een beetje! Ik dacht niet aan schoonheid toen de kaakchirurg onder de geruststellende woorden “dit prikje kan een beetje vervelend zijn, mijnheer Janmaat” de injectienaald in mijn gehemelte boorde en ik helemaal emotioneel werd door de getroffen traanklieren. Ik had nog niet echt de “before/after” plaatjes in mijn hoofd toen ik, verblind door het operatielicht, met twee tangen en een slang in mijn mond als weerloos slachtoffer was overgeleverd aan de medische wetenschap. Wat ik wel in mijn hoofd had was het snerpende getril van een tandartsboor in het kaakbot. Het leken wel tegelzetters en ik was de vloer. Als antwoord op de vraag of het “een beetje ging” kon ik slechts de woorden “hoa, how” uitbrengen. “U doet het heel goed hoor, mijnheer Janmaat”. De natte zweetplek op de operatiestoel deed anders vermoeden.

De kaak chirurgische ingreep was achter de rug. Gelukkig. Het moeilijk (of eigenlijk niet) kunnen eten, de zeurende pijn, de beurse bek, gecombineerd met de ook al niet opwekkende antibiotica, pijnstillers en chloorhexidine deden mij besluiten een week thuis te blijven. Het opgezwollen gelaat droeg ook niet bij tot de feestvreugde en maakte de algehele misère compleet. Als een soort elephant man zo snel mogelijk door de supermarkt op zoek naar maaltijdsoep. (Die van de AH kan ik trouwens wel aanbevelen)

Een blinkende rij gebitselementen, keurig in het gelid, zouden een stralende lach niet in de weg mogen staan. Voorlopig houden we het nog maar even bij een verhullend boer met kiespijn lachje, zeker nu de eerste rekeningen binnenstromen. Maar uiteindelijk zal het stralende licht aan het eind van de tunnel mij leiden naar een pijnloze en vooral mooie toekomst. Nog even doorbijten…



Reacties

Populaire posts van deze blog

Kroniek van de familie Janmaat Vinkeveen

‘Hoeveel kinderen?!’ ‘Ja, zeventien...’ Enigszins beschaamd mompel ik het aantal nakomelingen wat mijn grootouders van vaders kant hadden geproduceerd. Mijn schoonvader kwam ook al uit zo’n groot gezin - daar hadden ze er veertien - wat al behoorlijk indruk maakte. Maar ik wist mijn schoonfamilie dus te overtroeven met een nog groter aantal. Dit was vooral het gevolg van een tijd waarbij meneer pastoor nog de gezinssamenstelling bepaalde (ongeacht inkomen en carrièreplannen van dat gezin) wat uiteindelijk een tsunami van nieuwe zieltjes ging opleveren. Met het vooruitzicht van een goed gevulde kerk en collecteschaal was de toekomst van de Rooms Katholieke kerk verzekerd en had de herder zijn missie naar tevredenheid volbracht. De schaapjes waren op het droge. Drama Nu kan het ook zijn dat een groot gezin belangrijk werd geacht voor de continuïteit. Veel van mijn voorvaderen Janmaat hadden een agrarisch bedrijf en daar waren alle werkhanden welkom. Was het niet bij het melken en hooien,...

Levend water

"Levend water". De naam van onze familieboot. Een naam met een religieuze betekenis, ingegeven door de voormalige werkgever van mijn vader: pastoor Gijs van der Voort te Vinkeveen. Een pastoor die, zoals vele Vinkeveners zich wellicht nog kunnen herinneren, liturgisch zeer gedreven was maar communicatief volstrekt onbekwaam. Dit resulteerde vaak in een eindeloos lange preek op een dusdanige monotone toon, dat menig kerkbezoeker met moeite wakker kon blijven op de toch al slaperige zondagochtend. En de natuurlijke galm van de oversized R.K. kerk hielp daar ook al niet bij, ondanks de goedbedoelde Philips geluidsversterking. Het was vooral een kwestie van uitzitten. Jezus zei: “Indien iemand dorst heeft, hij kome tot Mij en drinke. Wie in Mij gelooft, gelijk de Schrift zegt, stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien.” (Johannes 7:37,38) De achterliggende boodschap: water geeft leven en doet opbloeien, dit heeft iedereen nodig. Mooi bedacht, maar wij waren a...

Signalen

Zoals je wellicht weet was mijn vader Toon lange tijd koster van de grote, niet te vermijden Rooms Katholieke kerk van Vinkeveen. In zijn hart was hij nog steeds graficus, maar de stress op de drukkerij noopte hem in de jaren zestig van de vorige eeuw tot het maken van een carrièreswitch. Een achteraf verstandige keuze, want zo was hij verlost van veeleisende oplages en deadlines. Beter voor zijn hart. Tegelijkertijd had niet alleen zijn carrière een rigoureuze wending genomen, maar ook zijn levenswijze. Van hardwerkende loonslaaf naar levensgenieter met voldoende ruimte voor ontspanning en expressie. Zijn gedachtengoed bevond zich voornamelijk aan de linkerkant van het politieke spectrum met alle bijbehorende kenmerken. Een oranje Citroen Deux Chevaux bestelauto, gecamoufleerd tussen de prettig verwaarloosde voortuin van de ambtswoning aan de Kerklaan. Een al even weelderige moestuin met onbespoten groenten en fruit op roeiafstand, diverse fietsen en saxofoons, jazzmuziek, ribfluwelen...